Een raadslid is eigenwijs

Foto: Gerben Pul

Moties, amendementen, schriftelijke vragen… welkom in de wonderlijke wereld van de lokale politiek. Een raadslid heeft honderd-en-een manieren om politieke impact te maken. Wat moet jij hierover weten als (burger)lobbyist? Maarten Koning geeft in een drietal blogs tips over hoe je effectief kan lobbyen op lokaal niveau. Dit is deel 1.

Op één vlak zijn gemeenteraadsleden allemaal hetzelfde: het zijn de meest eigenwijze types die er zijn. Ze laten zich niet gemakkelijk in een hoek zetten en ze gaan tot het uiterste om hun idealen te verwezenlijken. Houd dat in je achterhoofd wanneer je als burgerlobbyist (burger/lobbyist) in contact komt met zo’n raadslid.

In de praktijk betekent het dat raadsleden een geheel eigen stijl hebben om politiek te bedrijven. Zo leerde ik tijdens een rondgang langs collega-raadsleden dat ze heel verschillend gebruik maken van de beschikbare raadsinstrumenten. De één stelt regelmatig schriftelijke vragen en agendeert de antwoorden vervolgens voor een commissiedebat met andere politieke partijen en de verantwoordelijke wethouder. De ander geeft de voorkeur aan mondelinge vragen om vervolgens in de publiciteit meer druk op actuele zaken te kunnen zetten.

De keuze voor het instrument is afhankelijk van uiteenlopende zaken. Zo is de ‘politieke stijl’ van een raadslid en het onderwerp belangrijk, maar ook het doel van de discussie. Wil je persaandacht of wil je juist geruisloos beleid bijsturen? Is het een belangrijk verkiezingspunt dat je wilt ‘claimen’? Of wil je voorkomen of juist bevorderen dat het college een plan doorzet? Bijvoorbeeld: wil je wel of niet dat er geïnvesteerd wordt in een kostbare brug of tunnel, en hoe krijg je uiteindelijk voor elkaar wat jij wilt?

Een collega-raadslid vertelde me eens waarom hij het raadswerk zo ontzettend leuk vindt om te doen: ‘steeds weer is het een vrije vorm, niemand vertelt me hoe ik het moet doen. Ik heb uiteenlopende mogelijkheden om iets te bereiken’. Om daarmee zo effectief mogelijk te werk te gaan, dát is de uitdaging van elk gedreven raadslid.

Een andere collega zei: ‘op het gebied van openbare orde en veiligheid wordt een raadslid nogal eens geconfronteerd met actuele gebeurtenissen die de gemoederen in de pers en op sociale media stevig bezighouden. Het stellen van schriftelijke vragen is het enige instrument dat je 24/7 kan inzetten. Het lijkt een flauw instrument, maar het stellen van goede vragen is wel een essentieel instrument voor je taak als volksvertegenwoordiger en je taak als controleur van het college van burgemeester en wethouders. De antwoorden die de wethouder geeft zijn vervolgens nuttig bij je taak om kaders te stellen waarbinnen het college van burgemeester en wethouders beleid kunnen maken’.

Weer een andere collega: ‘ieder instrument heeft z’n eigen moment. Je leert als raadslid steeds beter op welk moment je welk instrument kunt inzetten. Timing, de zwaarte van het instrument en of je een onderwerp in je eentje op wilt pakken of met andere partijen: je wordt er steeds beter in’.

Heb jij een onderwerp dat je bij raadsleden onder de aandacht wilt brengen? En heb je een raadslid gevonden die geïnteresseerd is om dit onderwerp op ‘de politieke agenda’ te zetten? Dan ben je er al bijna. Denk mee met het raadslid, spreek heel goed door wat het probleem is en welk doel je gezamenlijk voor ogen hebt.

Het (voor)schrijven van het gebruik van een raadsinstrument, een motie of aandringen op een debat; dat kan je maar beter achterwege laten. Je bent afhankelijk van de wil van het raadslid en een raadslid is eigenwijs. Daar kan je maar beter rekening mee houden!

Maarten Koning (D66) is raadslid en tevens plaatsvervangend voorzitter van de Utrechtse Gemeenteraad.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.